Ouders met een nood aan occasionele (kortdurende) opvang, flexibele opvang of thuisopvang zieke kind aan huis (niet in de organisatie) moeten blijvend beroep kunnen doen op de kinderopvang. Het huidige en specifieke aanbod bij de bestaande organisatoren moet minstens financieel gevrijwaard zijn. Een groeipad moet mogelijk gemaakt worden.
De organisatoren die nu reeds middelen krijgen, moeten eerst in het nieuwe kader ingepast worden en vervolgens kunnen via programmatie andere organisatoren in aanmerking komen.
Ook al is de vraag voor sommige bijzondere opvangvragen beperkt en is de rentabiliteit niet vergelijkbaar met de reguliere opvang, er bestaat een maatschappelijke nood die de kinderopvang blijvend wil invullen. Dit steeds met respect voor het ritme en de draagkracht van het kind. Organisatoren kinderopvang zijn de uitgelezen aanbieder omwille van onder meer hun inzet op een erg kwalitatieve werking, pedagogisch geschoolde medewerkers, personeelscontinuïteit en aangepaste infrastructuur.
Deze noden kunnen erg regionaal verschillen.
Een flexibele aanpak van deze noden moet mogelijk zijn. De regelgeving mag niet te limitatief zijn opgesteld, zodat de organisator zijn kostendekkende subsidies zelf flexibel kan inzetten om tegemoet te komen aan regionale vragen.
Een goede lokale samenwerking kan een uitgebreider en meer complementair aanbod bieden.
1. Opvang tijdens flexibele openingsdagen en -uren
Ook opvang op een weekenddag of een wettelijke feestdag is flexibele opvang.
De gewezen FCUD-subsidies moeten op dezelfde manier toegekend worden. Op dit moment ontvangen niet alle organisatoren voor hetzelfde aanbod dezelfde subsidies.
Dit betekent de huidige prestaties bij FCUD omzetten naar urenpakketten en vervolgens bepalen van bijhorende VTE. Dit impliceert een hoger of lager (uitdovend) VTE of een bij te sturen aanbod.
2. Opvang zieke kind aan huis vanuit de groepsopvang
De kinderopvang wil blijvend inzetten op de thuisopvang zieke kind. Deze opvangvorm biedt een enorm comfort voor het zieke kind. Groot voordeel is dat de kinderbegeleider en het kind elkaar meestal reeds kennen vanuit de groepsopvang en ook tijdens de thuisopvang binnen hetzelfde pedagogisch kader gewerkt wordt.
Eventueel kan deze opvang in samenwerking met de mutualiteiten en diensten voor gezinszorg georganiseerd worden. Dit biedt dan weer een voordeel dat de praktische afspraken niet door de organisatoren moeten gebeuren en kinderbegeleiders meer kunnen werken.
De arbeidswetging is nu niet aangepast aan deze werkvorm. Flexibelere inzet van kinderbegeleiders is gewenst: bv. meer werken in de winterperiode en minder tijdens de zomermaanden.
3. Occasionele en urgentie-opvang
Hieronder verstaan we opvang omwille van:
1. Occasionele opvang ter realisatie van de economische kinderopvangfunctie
Dit is acute, occasionele opvang omdat een ouder plots werk vindt, een sollicitatiegesprek heeft, met een opleiding start of stage moet lopen.
2. Occasionele opvang, niet werk- en studiegerelateerd, van (kwetsbare) gezinnen
- een acute crisissituatie in het gezin,
- de behoefte van een gezin aan een korte draaglastvermindering,
- de wenselijkheid voor een kind, om sociale of pedagogische reden, gedurende de dag opvang en begeleiding buiten het gezin te hebben,
- een wachtkamerfunctie (d.i. tijdelijke opvang zolang gewenste hulpverlening niet kan opstarten), doorverwezen door CKG, OCMW, CAW, … .
- Voor deze opvang moet de maximumduur verlaten worden. In functie van gehechtheid en de problematiek is het niet wenselijk om na een aantal maanden deze opvang te moeten stopzetten omdat de wettelijke maximumtermijn verstreken is.
- Financiële en administratieve overwegingen (behalen van de bezetting, principes bestellen is betalen, …) nopen organisatoren minder opvang voor deze doelgroep aan te bieden. Deze extra barrières dienen zo snel mogelijk weggewerkt te worden.
Een voorbeeld hiervan is het werken met variabele opvangplannen die maar mogelijk zijn door flexibel te kunnen omgaan met vergunde capaciteit (d.i. overschrijden vergunde capaciteit).
- Voor deze opvang kan de reeds bestaande subsidie flexibele opvang ingezet worden.
- Alle FCUD middelen voor occasionele en urgentie-opvang willen we omzetten naar T2 plaatsen, zoals ook reeds bij invoering decreet gebeurd is met K&G middelen occasionele opvang.
4. Ander, nieuw flexibel aanbod
Vanuit regionale noden kunnen ook andere flexibele opvangvragen vastgesteld worden, die niet door bovenstaande regelgeving vervat kunnen worden.
Bv. groepsopvang op vrijdag- en zaterdagavond als veilige babysitdienst; instaan voor vervoer, …
Honorering van deze flexibele regelingen m.b.t. werking en activiteiten is noodzakelijk. Hiervoor dient een flexibel inzetbare subsidiemogelijkheid te bestaan.
Tekst vanuit de werkgroep flexibele kinderopvang (04-12-15 en 23-02-16) en besprekingen op sectoraal directiecomité kinderopvang (25-02-2016 en 17-03-2016) van het Vlaams Welzijnsverbond, naar aanleiding van traject vernieuwing concept flexibele KO bij K&G.